De krokodil van Münster

Ik schreef er al eerder over: vorige week waren Goede Vriendin en ik in Münster. In de dom daar staat een gigantisch standbeeld van een man die een baby en een boom vasthoudt. Je gaat je afvragen wat dat allemaal betekent. Tijdens een tocht door de stad ga je je nog veel meer afvragen. Zoals waarom er een krokodil door de wateren van Münster zwemt.

Goede Vriendin geloofde er niets van, van die krokodil. Als ik zei dat ik hem zag, zuchtte ze. Of ze deed of me niet hoorde. Of ze zong een liedje. Maar er was echt een krokodil. Ik zag hem natuurlijk niet in de dom. Krokodillen houden niet van drukke kerken. Maar toen we vanuit de dom richting het Schloss van Münster wandelden, zag ik hem wel.

Oude steden hebben van die fijne kronkelige paden. Ons pad werd zelfs omgelegd zodat een stokoude boom op zijn plek kon blijven staan. Bij de ingang naar de tuinen van het Schloss moesten we een bruggetje over. Het water onder ons was donker door de schaduwen van bomen die er dikke takken over uitstrekten, alsof de bomen probeerden de krokodil af te weren. De krokodil stak heel even een oog boven het water en knipoogde naar me.

We liepen verder, langs lage pilaren die overwoekerd waren met klimop. Ik maakte er een foto van, maar ik wist dat ik wat ik zag niet kon vastleggen. Oude pilaren, met groen dat vrijelijk zijn gang lijkt te kunnen gaan maakt een gevoel – of een verlangen – in me wakker waarvan ik niet weet waar het thuishoort. Misschien deden de pilaren me denken aan Northend Abbey, het landhuis waarvan ik rationeel weet dat het aan mijn verbeelding is ontsproten, maar waarvan ik in mijn dromen denk dat het echt bestaat en dat ik er rondleidingen zou kunnen geven.

We dwaalden langs het Schloss, waar we niet binnen mochten. We dwaalden – kort – door de tuinen, en we liepen weer over het bruggetje de bewoonde wereld in. Ik keek niet opnieuw in het donkere water, maar ik hoorde druppels spetten. Een plagerijtje van de krokodil?

We besloten naar de Aasee te lopen, het grote meer bij Münster. Goede Vriendin had op haar telefoon gezien dat we daar konden komen via de zogenaamde Promenade. Dat klonk veelbelovend. En de belofte werd waargemaakt. Lommerrijke (ah, mooi ouderwets woord!) paden langs stille wateren leidden ons verder.

Nou ja, stille wateren… Die krokodil volgde ons. Af en toe spette hij weer met zijn staart. Ik denk dat hij mij nat probeerde te spetten. Of Goede Vriendin, die niet meer reageerde als ik aanwees waar ik de krokodil zag. Ik probeerde een foto van hem te maken, maar iedere keer dook hij dan net weg, zodat ik alleen foto’s had van oude bomen en hangende takken, met nog groene bladeren. Het was een erg zomerse dag.

Bijna waren we bij de Aasee. Ik had het idee dat de krokodil ons daar niet zou volgen. Het waaide er hard en er waren veel zeilboten. De krokodil kon daar niet onopvallend zijn. Dus ik stond stil voor een laatste poging om hem op de foto te zetten. Ik hoopte maar dat Goede Vriendin niet ongeduldig zou worden (het was lunchtijd en we hadden trek in Flammkuchen).

De krokodil stak het topje van zijn bek boven water. Ik probeerde het te fotograferen, maar het leek of ik een blad dat op het water dreef fotografeerde. De krokodil lachte. Het leek een beetje op de schreeuw van een meerkoet.

‘Waarom probeer je me te fotograferen?’ vroeg de krokodil. ‘Heb je niet genoeg verbeelding om me te beschrijven? Houd op met kijken met je ogen. Durf met je verbeelding te kijken en op te schrijven wat je dan ziet. Schrijf een boek in plaats van een blog!’

Ik wilde antwoorden, maar ik kreeg de kans niet: de krokodil dook alweer onder. Of misschien was het een krekidul. Nooit van gehoord? Dat is een zongeel watermonster met zilveren schubben. Zijn linkeroog is paars en zijn rechteroog is blauw en het oog op zijn neus lijkt op een blinkende robijn. Maar ik heb me laten vertellen dat alleen mensen met een licht overactieve verbeelding hem goed kunnen zien.

2 thoughts on “De krokodil van Münster

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *